Alles over
VANG buitenshuis
-
Geschreven door Chantal Massoeurs
VANG Buitenshuis helpt bedrijven slimmer om te gaan met afval.
Met het programma VANG Buitenshuis (VANG staat voor Van Afval Naar Grondstof) zet je concrete stappen naar minder restafval en beter afval scheiden. Zo maak je van afval weer een grondstof — en van duurzaamheid een gewoonte.
In het programma wordt gewerkt aan knelpunten waar bedrijven en organisaties tegen aanlopen. Denk hierbij aan logistiek afvalinzameling, duurzaam aanbod, preventie en wetgeving.
Alles over
VANG buitenshuis
-
Geschreven door Chantal Massoeurs
Het programma VANG Buitenshuis helpt de kantoor-, winkel- en dienstensector (KWD-sector) om het restafval dat vrijkomt - en dat vergelijkbaar is met huishoudelijk afval - te halveren. Het doel is meer te recyclen, minder grondstoffen te gebruiken. Zo zetten we een stap naar een circulaire economie. VANG staat voor 'van afval naar grondstof'.
In het VANG programma wordt gewerkt aan knelpunten waar bedrijven en organisaties tegen aanlopen. Denk hierbij aan logistiek afvalinzameling, duurzaam aanbod, preventie en wetgeving.
Van lineaire naar circulaire economie
In 1979 introduceert Ad Lansink zijn Ladder van Lansink. De ladder is erop gericht om in het afvalbeleid prioriteit te geven aan de milieuvriendelijkste verwerkingswijzen. Vanaf dat moment krijgt Nederland oog voor afvalvermindering en maken we een voorzichtige start met het loslaten van de lineaire economie.
De introductie van de ladder heeft tot gevolg dat afvalstoffen niet langer automatisch worden gestort, maar dat eerst wordt gekeken of er iets nuttigs mee kan worden gedaan. De overheid stimuleert dit beleid met steeds hogere storttarieven en een verbod op definitief storten van bijna alle afvalstoffen.
In 1979 doet ook de glasbak zijn intrede. Tien jaar later wordt overal het oud papier apart ingezameld en daarna is het Groente-, Fruit- en Tuinafval (GFT) aan de beurt.
In 2011 is de Nederlandse overheid begonnen met het sluiten van Green Deals.
De Ladder van Lansink




Ladder van Lansink
50 jaar afvalinzameling in Nederland
Van een lineare economie naar een circulaire economie
Vijftig jaar geleden is in Nederland een start gemaakt met het gedeeltelijk loslaten van een lineaire economie, vanaf dat moment krijgen we oog voor afvalvermindering. In 1979 introduceert Ad Lansink zijn ‘Ladder van Lansink’. De ladder is erop gericht om in het afvalbeleid prioriteit te geven aan de milieuvriendelijkste verwerkingswijzen.
De introductie van de ladder heeft tot gevolg dat afvalstoffen niet langer automatisch worden gestort, maar dat eerst wordt gekeken of er iets nuttigs mee kan worden gedaan. De overheid stimuleert dit beleid met steeds hogere storttarieven en een verbod op definitief storten van bijna alle afvalstoffen. In 1979 doet ook de glasbak zijn intrede. Tien jaar later wordt overal het oud papier apart ingezameld en daarna is het Groente-, Tuin- en Fruitafval (GFT) aan de beurt.
In 2011 is de Nederlandse overheid begonnen met het sluiten van Green Deals.
Green Deals
Green Deals zijn overeenkomsten tussen het bedrijfsleven en de overheid om op een bepaald thema vernieuwende en duurzame initiatieven uit de samenleving te stimuleren. Inmiddels zijn er meer dan 200 Green Deals ondertekend, waaronder een aantal over een kringloopeconomie.


Circulaire gebouwen
Bij circulaire gebouwen draait het om het beperken van het grondstoffengebruik en het hergebruik van materialen. Niet alleen de materiaalkeuze is belangrijk, maar ook hoe flexibel het gebouw is aan te passen voor toekomstig gebruik. Een centraal instrument hierbij is het gebouwpaspoort, waarin alle circulaire eigenschappen worden vastgelegd.


Circulair inkopen
Circulair inkopen betekent dat organisaties bij hun inkoopbeleid bewust kiezen voor producten en diensten die bijdragen aan een circulaire economie. Het doel is om verspilling te voorkomen, grondstoffen langer in de keten te houden en duurzame innovaties te stimuleren via de inkoopkracht.


Nederland Hotspot voor Circulaire Economie
Nederland wil zich profileren als internationale koploper in de circulaire economie. Dit gebeurt door het stimuleren van opschaalbare projecten, het verbinden van initiatieven en sectoren en het bevorderen van beleid dat gericht is op groene groei en duurzame innovatie.
Voorbeelden
van Green Deals
Dit zijn overeenkomsten tussen het bedrijfsleven en de overheid om op een bepaald thema vernieuwende en duurzame initiatieven uit de samenleving te stimuleren. Inmiddels zijn er meer dan 200 Green Deals ondertekend, waaronder een aantal over een kringloopeconomie.
Circulaire gebouwen | Richt zich op een minimaal gebruik en hergebruik van grondstoffen en producten bij het ontwerp en de exploitatie van bedrijfsgebouwen. Voor gebouwen betekent dit niet alleen het kijken naar materialen, maar ook naar levensduurverlenging door het maximaal aanpasbaar maken van de gebruiksfunctie van een gebouw. Een belangrijk onderdeel van deze deal is het ontwikkelen van een gebouwpaspoort. In dit paspoort worden de circulaire kenmerken van een gebouw vastgelegd. |
Circulair inkopen | Partijen willen een bijdrage leveren aan het realiseren van een circulaire economie door middel van inkoop. |
Nederland Hotspot voor Circulaire Economie |
Doel is om de transitie naar een circulaire economie te versnellen, door opschaalbare circulaire projecten uit te voeren. Nederland kan zich als wereldwijde hotspot in de circulaire economie positioneren door synergie tussen bedrijfsprojecten, overkoepelende sector- en regionale analyses en beleid gericht op groene groei. |
Oog voor de ontwerpkant en de samenwerkingskant van de circulaire economie wordt pas later in de praktijk gebracht. In 2012 publiceert de Europese Commissie het rapport 'Manifesto for a Resource Efficient Europe'. Dit manifest stelt dat de EU in een wereld met een groeiende vraag naar grondstoffen en groeiende milieuschade geen andere keus heeft dan naar een grondstof-efficiënte en uiteindelijk circulaire economie te bewegen. In 2013 voert TNO het eerste beleidsonderzoek uit naar de kansen voor een circulaire economie in Nederland, als onderdeel van het beleidsplan VANG.
In het onderzoek staat een aantal mogelijkheden voor beleid.
- Het verlagen van het btw-tarief voor dienstverlening uit de circulaire economie, zoals onderhoud, reparatie en revisie.
- Een verschuiving van loonbelasting naar materiaalbelasting.
- Het verlengen van garantieperiodes van producten. In 2015 doet de Europese Commissie een voorstel om naar een meer circulaire economie te bewegen.
Dit betreft aan de ene kant het introduceren van uniforme standaarden voor reststromen. Zo hoeven producenten niet meer nieuw ontgonnen grondstoffen te gebruiken. Daarnaast komt er geld vrij voor onderzoek naar ECO-design en worden de eisen omtrent afvaldumping en recycling verscherpt. Recycling van afval is ook onderdeel van de Europese greendeal Klimaatneutraal Europa in 2050.
Meer over wetgeving

